Een angstaanjagende golf, hoger dan Dick ooit gezien heeft, komt uit het Noorden op de kust aanrollen. Het volgende ogenblik stort de watermassa zich over hem heen en duwt hem naar beneden, naar de rotsbodem. Als hij weer boven komt, is alles donker om hem heen. Hij is in een geheimzinnige, donkere grot en het is de vraag of hij er ooit weer uit zal komen... Dick kent de Spaanse noordkust goed; hij woont tenslotte al twee jaar in een dorpje in Asturië. Hij weet dat er grotten zijn, maar nog nooit is hij er in doorgedrongen. En nu bevindt hij zich tegen wil en dank in een van de gevaarlijkste spelonken, waaruit ontsnapping praktisch onmogelijk is, en waarin bovendien een vreselijk geheim schuilt... Want juist met déze grot is iets mysterieus aan de hand. Verschillende malen, op gezette tijden, zijn er bij het kalmste weer voor dat stukje kust schepen vergaan zonder enige aanwijsbare oorzaak. De bijgelovige dorpelingen zijn er zeker van dat een boze macht in de grot schuilt. Met Dicks ontdekking van een tweede grot begint de ontsluiering van het eeuwenoude mysterie, dat zo spannend is beschreven dat je het ademloos uitleest.