Op het ogenblik dat je dit leest, zit je waarschijnlijk in de buurt van een raam. Je hoeft maar even naar buiten te kijken om huizen te zien, dieren, bomen en bloemen en wolken. Dat is allemaal niets bijzonders voor ons, maar wat wordt het allemaal belangrijk als we bedenken dat er vroeger, vele miljoenen jaren geleden, niets van dat alles bestond! Dat er een tijd geweest is dat onze aarde, de planeet waarop we leven, niet anders was dan een bol gas, losgerukt van de zon. Zó warm was dat gas dat het een hele tijd duurde voor het was afgekoeld - en dan alleen nog maar aan de buitenkant, want zoals je misschien wel weet is het binnenste van de aarde nog steeds een gloeiende massa (denk maar aan vulkanische uitbarstingen). Er waren nog geen bergen, er was geen water, en natuurlijk was er nog geen sprake van leven in welke vorm dan ook. Hoe is dit alles, wat wij zo gewoon en alledaags vinden, dan ontstaan? Wat heeft de aarde allemaal meegemaakt eer ze was wat ze nu is? Wanneer is het eerste leven op aarde ontstaan en hoe zagen deze levende wezentjes eruit? Wanneer kwamen de eerste mensen, en waren ze net als wij? Dit zijn allemaal vragen die vanzelf bij je opkomen als je eens wat gaat nadenken over de dingen om je heen. De antwoorden op die vragen vind je in dit boek, dat zo boeiend geschreven is dat je het leest als een spannend verhaal, het verhaal over het ontstaan van de wereld en zijn bewoners.