Inhoud:

Toby Dawes, de hoofdpersoon van het boek, woont aan de kust van het Engelse Graafschap Sussex. Zijn vader is daar douanier en dat was in vroeger dagen een heel gevaarlijk baantje, want er werd ontzettend veel gesmokkeld en de smokkelaarsorganisaties zagen niet tegen een moord op. Het is dan ook eigenlijk niets opzienbarends als de smokkelaars op een avond het douanekantoor overvallen, het in brand steken en Toby's vader gevangennemen. Toby, die nu plotseling alleen staat, gaat op weg naar Londen om te proberen de vrijlating van zijn vader te bewerkstelligen. Maar eerst ontmoet hij nog Jem Crow, een oerlelijke, maar goedhartige kerel die vreselijk verontwaardigd is over het feit dat schijnbaar achtenswaardige lieden in Londen slechte, ten ondergang gedoemde schepen de zee opsturen om op deze wijze de uitkering van de verzekering in de wacht te slepen. Jem heeft een bewijsstuk en zal in Londen het schandaal wel eens onthullen. Voor hij dat kan doen wordt hij echter gevangengenomen en later ondergaat Toby hetzelfde lot. Als een boef wordt hij in het ruim van het schip gesmeten, waar hij Jem Crow terugziet. Onderweg worden zij overvallen door zeerovers en nu wordt Toby zeerover tegen wil en dank.